Een week geleden spreek ik een coördinator van een basisschool in Amsterdam. Ze vertelt me over een groep mannen van de gemeente die in het kader van alle nieuwe maatregelen bij de school langskomt en merkt dat het een nogal nors, zakelijk gezelschap is (lees: weinig woorden, geen gelach, formeel taalgebruik).
Eén van de nieuwe maatregelen is handen wassen bij binnenkomst dus ook deze mannen worden verzocht zich aan de (eigen) regels te houden. De coördinator vertelt me dat ze het dichtste bij de toiletten van de kleuters staan (kleinere toiletten en lagere wastafels) en even twijfelt ze om ze naar de andere kant van de school te sturen voor de ‘normale’ toiletten en wastafels. Enigszins rebels en ook lichtelijk geïrriteerd door hun voorkomen besluit ze om dat niet te doen en wijst ze de heren de weg naar de kleuter wastafels.
En wat er dan gebeurt is interessant om te zien, alsof er een masker afvalt. Ze staan eerst nog wat verbaasd en ongemakkelijk om zich heen te kijken maar zien dat de coördinator staat te wachten tot ze klaar zijn. En dan gaan ze één voor één door de knieën om hun handen te wassen. Aktetassen worden weg gezet en de jassen gaan uit. Er worden grappen gemaakt over de kleine wastafels en de sfeer is daarna veel losser en gemoedelijker.
De mannen beginnen over hun kinderen te praten en er ontstaat een andere energie van waaruit ze het gesprek aan gaan over de maatregelen en naleving. Zo iets simpels als een kleinere, lagere wastafel een omslag in energie kan veroorzaken en er meer mens zijn zichtbaar wordt. Door iets ongewoons samen te doen, de zakelijke kant wat menselijker wordt.
Andere voorbeelden waar ik over gelezen/gehoord heb zijn bijvoorbeeld honden meenemen naar het werk of een ontbijt in pyjama organiseren op het werk. Dat laatste levert wellicht wat vreemde gezichten en beelden bij je op en toch bleek dit in de desbetreffende organisatie een groot succes. Men bleef zelfs na het ontbijt doorwerken in pyjama.
Welk voorbeeld ken jij van meer menselijkheid in je organisatie?